Per juli 2021 zijn er bepalingen aangepast voor de import van producten van buiten de EU. Aangezien ook laboratoria voor testdoeleinden monsters importeren, heeft dit ook effecten voor hen. Denk bijvoorbeeld aan de inzet van Nederlandse laboratoria voor het testen van cacaobonen van buiten de EU voor de bulkimport op de Europese markt. Helaas merken we in de praktijk dat de bevoegde autoriteiten en douane-expediteurs niet altijd weten wat er wel of niet doorbelast mag en kan worden aan onze laboratoria.
Er zijn hier twee zaken waar de laboratoria mee te maken hebben, te weten de invoerheffing en de btw invoer. Kort gesteld geldt voor de invoerheffing dat voor laboratoria een vrijstelling geldt voor goederen van geringe waarde (tot €150,00 per zending). Als er toch invoerrechten worden gefactureerd, dan kan daartegen met succes bezwaar worden gemaakt.
Ingeval van de btw invoer gold tot 1 juli 2021 een vrijstelling op de omzetbelasting voor de invoer van goederen met een geringe waarde (goederen met een waarde tot € 23,00) van buiten de Europese Unie. Per 1 juli 2021 is deze vrijstelling komen te vervallen. Dit betekent dat bij invoer van goederen in de EU, ongeacht de waarde van de goederen, btw wordt geheven. Een laboratorium moet dus bij elke invoer van goederen van buiten de EU btw aangeven en betalen. Dat zijn veel handelingen. Om dit te voorkomen kan een Vergunning artikel 23 worden aangevraagd.
Meer hierover leest u in de notitie voor de leden van Fenelab. Hierin worden handreikingen gegeven voor het eventueel maken van bezwaar en leest u meer over de Vergunning artikel 23.
